Ruim drie maanden geleden
adopteerden we Chino, nu Benny.
Misschien herinneren de trouwe
ACE site lezers hem nog wel.
Het hondje dat drie keer naar
het dodingsstation werd gebracht en telkens wist te ontsnappen en naar huis
liep, waar hij beslist niet meer welkom was.
Een medewerkster van het
dodingsstation zag dit gebeuren en redde hem zodat hij onder de veilige hoede
van Fabienne kwam.
Omdat wij een hondje zochten
keek ik dagelijks op de ACE site.
Wij hadden in oktober 2005 twee
hondjes van ACE geadopteerd waarvan helaas na 8 jaar onze zo geliefde Bobby (
zie in memoriam van november 2013) is overleden.
Molly, die alleen is
overgebleven en wij waren aan een nieuw hondje toe.
Dat moest beslist weer van ACE
zijn, vandaar.
Avond aan avond speurde ik de
site af.
Het liefst had ik ze allemaal
een ticketje bezorgd.
Maar, omwille van Molly, die een
beetje angst heeft voor grote honden, moest ik toch kiezen uit de wat kleinere
hondjes.
Uiteindelijk had ik een lijstje
van 30 stuks, teveel nog dus.
Dat lijstje werd na veel wikken
en wegen een lijstje van 3.
Eigenlijk wist ik het al
wel.
Chino moest het worden. Elke
avond, na het kijken en selecteren, keek ik als laatste nog eventjes bij
Chino.
Zijn verhaaltje heb ik misschien
wel 50 x gelezen.
Raad gevraagd bij
ACE,
Welke van de drie zou het best
bij ons passen?
Yvonne, waarschijnlijk
jachtinstinct, Manuel, een lief huishondje, Chino, wellicht getraumatiseerd door
de gebeurtenissen.
Eerst koos ik voor Manuel, het
gemakkelijke huishondje, maar een dag later, nee, het moest Chino worden,
ondanks m’n schuldgevoel ten opzichte van Manuel.
Maar het is waar: je kan niet
alle honden van de wereld redden, maar wel de hele wereld van 1
hond.
Het huisbezoek was heel positief
en gezellig.
We mochten Chino adopteren. Hij
zou onze 9 e hond worden.
De weken duurden te lang. Z’n
mand stond klaar en Molly had al wel 20 x moeten aanhoren dat we binnenkort een
nieuw vriendje van het vliegveld zouden gaan halen.
Eindelijk was het zo ver. Chino
landde op Eindhoven.
Ik zag het meteen. Dat was geen
zielig getraumatiseerd hondje, de nare tijd was hij dankzij de goede zorgen van
Fabienne en haar medewerkers al lang te boven. Dit was een rasechte Podenco
Maneto.
Misschien een heel klein beetje
van iets anders, maar niet veel.
De kennismaking met Molly
verliep probleemloos, de rit naar huis ook.
Hij keek z’n oogjes uit naar
alle lichtjes in het donker.
Thuisgekomen wilde hij niet
buiten plassen, binnen at hij meteen op wat klaar stond, dronk wat , probeerde
z’n mand uit en viel in slaap.
En wij ook. Molly deed alsof zij
hem al jaren kende.
De andere morgen, hij had de
hele nacht heerlijk geslapen en niets in huis gedaan, gingen we een rondje doen,
samen met Molly, in het park rondom ons huis.
Er liep een konijntje voor ons
uit, Benny stond op de achter pootjes en kefte hoog.
Even later stak er een ree over,
o, wat een heerlijk hapje leek dat. Je zag hem als het ware een recept met
reebout bedenken.
De eenden in de sloot leken ook
niet te versmaden.
Het was zo opwindend dat er voor
plassen geen tijd was.
Later op de ochtend deed hij bij
het volgende rondje een grote plas en poep.
Dat was
gelukt.
’s Middags mocht hij aan de lijn
in de tuin. Molly mocht zoals altijd los.
De eerste de beste molshoop
moest in een ogenblik tijd uitgegraven worden, hij stak z’n neusje er briesend
als een paard in. Molly keek ook geinteresseerd in de
mollengang.
De volgende dag mocht Benny
samen met Molly los in de afgerasterde tuin.
Hij begon te rennen en te
speuren, er vloog een konijn voorbij met Benny en Molly er achter
aan.
Je zag Molly denken: daar heb ik
nog eens wat aan.
Ik had in alle jaren met honden,
soms 3 of 4 tegelijk, nog nooit zo’n gedreven jager
gezien.
Ik nam contact op met ACE nadat
hij enkele uren had rond gerend en geen enkel teken van luisteren
gaf.
Odette belde me snel terug en
nam alle tijd om advies te geven.
Benny mocht niet meer los in de
tuin, we moesten een stukje afbakenen en dat zo een half jaar
laten.
Dat afbakenen was geen succes,
een meter hoog gaas was geen enkel probleem om over heen te
springen.
Omdat ik toch in de tuin moest
werken deed ik hem z’n tuigje aan met een lange lijn eraan en zette hem bij m’n
werkplek ermee vast.
Na minder dan 3 minuten zag ik
Benny vanuit m’n ooghoeken voorbij rennen.
Z’n lege tuigje lag naast
me.
Ik kon me nog net op hem
storten, deed het tuigje weer aan, nu wat vaster en zette hem weer
vast.
Ja, ja, nog sneller dan de
eerste keer stoof hij voorbij. De lijn was doorgebeten!
Toen heb ik hem laten
lopen.
Na een paar dagen ging het
steeds beter. Hij begon te luisteren, zeker nadat we vaste tijden van eten en
lekkere tussendoortjes hadden ingesteld.
Odette informeerde na enkele
weken hoe het ging.
Toen was er al een duidelijke
verbetering en nu, nu Odette na drie maanden weer naar hem informeerde, ( iets
wat ik heel erg waardeer bij ACE) kon ik haar het volgende laten
weten:
Beste
Odette,
Fijn dat je nog weer vraagt hoe
het met Benny gaat.
Wel, het gaat
uitstekend.
De jeuk is helemaal over, hij
bleek erg gevoelig te zijn voor de smeerpate die ons ander hondje ( en hij dus
ook voor het lekkere, niet omdat hij niet wil eten) krijgt om haar aan het eten
te krijgen.
Een weekje nadat we daar mee
zijn gestopt was de jeuk weg.
Het jagen gaat uitstekend
!
Z’n score in de tuin is : 1
konijn, 1 mol en 2 muizen en dan nog ongetwijfeld dingen die ik niet heb
gezien.
Gelukkig is hij er niet meer
overspannen mee.
S’ Morgens na de koffie ( hij
weet het precies) mag hij de tuin in.
Voor de koffie is hij dan al,
samen met Molly , uitgelaten in het park om z’n behoefte te
doen.
Dan koffie drinken met voor hem
en Molly een pensstaafje en dan………………
Op z’n allerhardst de tuin in om
rond te snuffelen.
Molly volgt er dan bedaard
achteraan. Zij is tenslotte al ruim 11 jaar .
Zodra hij een spoortje heeft van
iets keft hij en dat is het sein voor Molly om hem te
assisteren.
Tussen het siergras of andere
planten zie je dan 1 wit en 1 bruin wapperend staartje.
Ik heb tegenwoordig een bergje
grond in voorraad om de gaten te dichten die ze maken bij het uitgraven van
mollen enz.
De tuingrond vliegt meters in
het rond bij hun werk.
Eerlijk gezegd had ik de eerste
weken na Benny’s aankomst het gevoel: waar ben ik aan
begonnen.
We hebben heel de tuin
afgerasterd – aan 1 kant 2 meter hoog hek, de andere kanten ruim 1 meter hoog
gaas.
Nog nooit is daar een hond,
groot of klein, over heen gegaan.
Wel onderdoor, maar na een paar
keer waren dan de zwakke plekken door de honden ontdekt en gedicht door
ons.
Benny begon eerst de zwakke
plekken, er waren er nog drie, te benutten om zich naar buiten te
graven.
Toen dat gedicht was, klom/
sprong hij over het gaas , zwom door de sloot, en ging in z’n eentje jagen door
het park.
Een keer is hij urenlang
weggeweest.
Ik zag hem , hij hoorde mij,
maar luisterde niet.
Pas toen, na uren, een man met
een hond langs kwam waar Benny naartoe ging, kon hij “gevangen”
worden.
Die avond kon ik het niet
opbrengen hem leuk te vinden.
Het avond ritueel van samen nog
een stukje kaas eten, dan naar het mandje en ondergestopt worden was die avond
snel gedaan.
De vorige honden, 8 stuks,
luisterden ook wel eens niet, maar negeerden me nooit.
Maar zijn gedrag is nu gelukkig
positief veranderd.
Het hek gaat hij niet meer over,
meteen luisteren is nog wel eens moeilijk, maar hij komt wel na een
poosje.
Hij is heel erg lief, ook tegen
voor hem vreemde bezoekers en sociaal tegen andere honden.
Molly is zijn grote voorbeeld,
hij zit bij haar behoorlijk onder de plak.
Het blijft jammer dat het nooit
een hondje zal worden dat buiten ons terrein los kan
lopen.
Het is niet de los achter mij
aan lopende schaduw in mijn knieholtes die ik dacht dat hij zou
zijn.
Maar we zijn nu erg op hem
gesteld.
Hij is ook
waaks.
Wanneer er ’s nachts op het
weggetje voor ons huis mensen lopen slaat hij aan, hij grommelt wat en luistert
oplettend, iets dat ik heel erg fijn vind.
Ook is het volgens mij een teken
dat hij zich erbij voelt horen en zich “thuis” voelt.
Hij is erg leergierig. Hij kan:
zit, blijf, voet, naar je mandje en kom.
Dat laatste gaat ( natuurlijk)
het allerbeste binnen in de kamer !
Maar ik vind het knap dat deze
basis dingen in een paar weken al, feilloos in z’n koppie
zitten.
We zijn nog 1 x met hem naar de
dierenarts geweest, maar dat was alleen om de herhalingsprik voor de ziekte van
Weil te halen.
Benny lijkt kerngezond. Z’n
eetlust is geweldig.
De dierenarts zei ook al dat we
alert moeten zijn op Spaanse kwaaltjes.
Z’n bloed zullen we dan ook
zeker nog eens laten controleren.
Ik hoop dat het in Spanje
allemaal goed komt.
Fabienne maakt zware tijden
door.
Enige tijd geleden hebben we nog
wat geld gedoneerd, maar er is natuurlijk nog heel veel
nodig.
Hartelijk dank voor alle
belangstelling voor Benny en een foto van hem doe ik
hierbij.
De groene libelle waar hij mee
speelt heeft hij op de dag van aankomst hier gekregen en blijft z’n
favoriet.
Met vriendelijke
groet,
Francien, baasje Wil, Molly en
Benny
Geen opmerkingen:
Een reactie posten