Als een katapult schoot Chewie
uit haar kooi op Rotterdam Airport. Ze sprong en trok aan haar riem en deed
meteen een plas. We vonden haar meteen mooi, maar wel heel wild. Na de autorit,
waar ze als een balletje heen en weer viel, rijden was ze duidelijk niet gewend,
bleef ze het hele huis doorrennen en ze hijgde verschrikkelijk. Het was ’s
avonds laat, dus ik liet haar mandje zien en we gingen naar bed. Maar Chewie
niet, die zette een keel op. Ze stond onderaan de trap te blaffen en te hijgen.
Met een koekje lokte ik haar naar de mand en sprak haar zachtjes toe en bleef
haar rug aaien. Na 20 minuten, zakte ze ineens door haar poten, deed de ogen
dicht en viel in coma. Sindsdien weet ze dat het goed is. Ze volgt ons overal op
de voet en ontdekt de vreemde wereld die Den Haag heet. Sloten en meertjes, geen
idee wat dat glimmende water is, eekhoorns en konijnen, doodeng als ze
stilzitten en Hollands eten dat zo lekker ruikt dat er met de poten op het
aanrecht meegekeken moet worden. Als we niet thuis zijn, breekt ze ons hart met
hele zielige blikken, maar maakt dan rechtsomkeert om prullenbakken leeg te
halen en in de bedden te gaan liggen. Het is overduidelijk, we hebben er niet
een hond bij, maar een nieuw gezinslid.
Familie van den Brink uit Den
Haag
Geen opmerkingen:
Een reactie posten